E-Database -06- Beheer Database en CAD - TheModus Professional (Nordined)
INHOUDSOPGAVE
Beheer Database en CAD
Back-up en Restore van de database
Algemeen
Van de database van E-Database zal op gezette tijden een veiligheidskopie gemaakt moeten worden.
De tabellen van alle projecten zitten allemaal in één database-bestand. Een kopie maken van dat ene bestand volstaat.
E-Database mag niet actief zijn tijdens het maken van de kopie of back-up.
Bij elk project zullen meerdere tekeningen beheerd worden. Van elke tekening zal een veiligheidskopie gemaakt moeten worden. De tekeningen staan meestal in een aparte map(structuur). In een tekeningmap staan behalve de ‘echte’ tekeningbestanden (.DWG) ook de voorgaande versie van de tekening (.BAK) en mogelijk Autosave bestanden (.SV$).
Alleen van de .DWG-bestanden moeten veiligheidskopieën gemaakt worden.
Van de programmatuur is het niet zinvol een aparte back-up te maken. Herinstallatie vanaf diskette of CD zal noodzakelijk zijn.
Plaats van de database
De plaats van de database wordt bepaald tijdens de installatie van de programmatuur. De default instelling is:
- %appdata%\Cadac Group\Techniek 10.x\Edb\D\Nor_Elektra.mdb
- C:\NorTemp\Temp.mdb
De plaats van Elektra.mdb en Temp.mdb staan in de databases vastgelegd.
Importeren projecten
Algemeen
Alle projecten staan in 1 database. Als een project door derden – installateur of opdrachtgever - beschikbaar gesteld wordt, moet het betreffende project worden geïmporteerd.
Als een (vroegere) versie van dit project al in de database bekend is zal die versie eerst verwijderd moeten worden voordat de nieuwe versie van het project geïmporteerd kan worden.
Bij de import kan opgegeven worden of de referentietabellen 'Armaturencatalogus', 'Vermogenssoorten' en 'Elektra-symbolen' aangepast moeten worden.
De bestaande database is te actualiseren met ascii bestand 'Update EDB.asc' in %appdata%\Cadac Group\Techniek 10.x\Edb\D, die 'Transparanten' en 'Noodverlichting' van elkaar scheidt, en de nieuwe symbolen aanvult, zodat de database weer actueel is. Dit ascii-bestand moet worden geïmporteerd en daarbij moeten vermogenssoort en Elektra-symbool worden toegevoegd en aangepast.
Project importeren
- Selecteer 'Importeren...' in menu 'Project'
- Klik op knop [ … ] achter 'Import bestand'
- Selecteer in het bestandenvenster de map en het import-bestand
- Klik op knop [ Openen ]
- Pas zonodig de import opties aan via knop [ Instellen... ]
- Geef de import-instellingen op voor de tabellen met catalogusarmaturen, vermogenssoorten en elektra-symbolen:
- Niet importeren (Deze gegevens niet importeren)
- Niet bestaan toevoegen (Indien gegevens niet bestaan toevoegen, indien ze wel bestaan niet aanpassen)
- Toevoegen en aanpassen (Indien gegevens niet bestaan toevoegen, indien ze wel bestaan aanpassen )
- Klik op knop [ OK ]
- Geef de import-instellingen op voor de tabellen met catalogusarmaturen, vermogenssoorten en elektra-symbolen:
- Klik op knop [ Import ]
Melding dat het project is geïmporteerd - Klik op knop [ OK ]
- Selecteer het volgende te importeren project
of
Klik op knop [ Annuleren ] om het venster te verlaten
Exporteren projecten
Algemeen
Alle projecten staan in 1 database. Als een project beschikbaar moet komen voor een installateur of voor een opdrachtgever kan het betreffende project worden geëxporteerd en vervolgens elders worden ingelezen (geïmporteerd).
Het betreffende project wordt hiermee niet verwijderd uit de database.
Eventueel kan een project, na export, wel worden verwijderd uit de database. Als op enige tijd het project weer bewerkt moet worden kan het weer worden geïmporteerd.
Project exporteren
- Het te exporteren project moet actief zijn.
- Selecteer 'Exporteren...' in pull-down menu 'Project'
- Klik op knop [ … ]
- Geef in het bestandsvenster map en bestandsnaam op
- Klik op knop [ Opslaan ]
- Klik op knop [ Export ]
Melding: export van project voltooid. - Klik op knop [ OK ]
Systeeminstellingen
Algemeen
Voor een goede werking zijn een drietal groepen van instellingen van belang.
- Plaats van de database-bestanden
- SQL-database ODBC-instellingen
- AutoCAD-instellingen
- Instellingen lettertype tabelvenster (niet aanpassen)
De instellingen zijn aan te passen via menu 'Opties', 'Systeem…'
Wijziging van deze instellingen zal niet nodig zijn: slechts bij de installatie of herinstallatie is dit aan de orde.
Plaats van de bestanden
Bij multi-user-gebruik zal de database (Nor_Elektra.mdb) op het netwerk staan; alleen de database met de persoonlijke instellingen (Temp.mdb) zal in C:\NorTemp\ moeten staan.
de Werkmap (Tijdelijke directory) moet lokaal staan.
De werkmap (Tijdelijke directory) wordt gebruikt voor tijdelijke bestanden voor het uitwisselen van gegevens (extract.txt, kast.lst, K_#.srt, K_#.sym).
Welke database
AutoCAD paden
- Klik binnen AutoCAD met de rechter muistoets in het commandoveld en kies 'Options'
of
Klik [ Options ] in het Applicatiemenu (grote rode A) - Controleer de 'Active profile' (Nordined_10_X)
- Controleer de instelling van het profile:
- Activeer het tabblad 'Files'
- Open de eerste regel 'Support Files Search Path'
- De eerste regel moet zijn: C:\Program Files (x86)\Cadac Group\Techniek 10.X\Lib\