INHOUDSOPGAVE
Algemene instellingen
Opties
Knop | Werking |
[ Object Snap ] | Object Snap instellingen voor gebruik binnen NOR-Bouwtechniek LT |
[ Beeldovergang ] | Beeldovergang bij <Zoom> in/uitschakelen. |
[ Tekening Instellingen ] | Nieuw kader kan worden ingevoegd; Het bestaande kader wordt niet verwijderd. Dit handmatig te doen Plotschaal kan worden gewijzigd; hierbij kan de arcering automatisch worden aangepast |
[ Alg. Instellingen ] | Instellen van Kader, Snap, Grid, Deur/Raam-instellingen; Positie en oriëntatie van Knoppenbalk vastleggen; Wel/niet arceren na bewerking wanden, arceerhoek t.o.v. wand Standaardwaarden in dialoogvensters wijzigen (Registry-instellingen) |
[ Pad Instellingen ] | Aangeven waar programma bestanden moet zoeken; Aangeven in welke directory 'browse'-vensters opkomen. |
[ Informatie ] | Opvragen (technische) informatie van de tekening Opvragen versie-informatie van de applicatie |
[ Onderhoeken ] | Kenbaar maken van eigen onderhoeken aan de applicatie. Hiermee zijn de betreffende onderhoeken voor alle NOR-LT-applicaties beschikbaar. |
[ Sluiten ] | Sluiten van venster Opties. |
Pad-instellingen programmatuur
Informatie over de tekening
- Via Knoppen [ Opties ], [ Informatie ] is algemene informatie over de tekening te krijgen
- Via Knoppen [ Opties ], [ Informatie ], [ Versie Informatie ] zijn de versiewijzigingen op te vragen.
Instellingen Arceringen
De arcering van een wand is afhankelijk van het materiaal van de wand en van de tekenschaal.
De arceerpatronen die horen bij een materiaalsoort kunnen voor elke schaal ingesteld worden in het dialoogvenster 'Instellingen Arceerpatronen'.
Nieuw materiaal toevoegen
- Klik op knop [ Opties ]
- Klik op knop [ Algemene instellingen ] in venster 'Opties'
- Klik op knop [ Materiaal instellingen ] in venster 'Algemene instellingen'
- Klik op knop [ Toevoegen ]
- Geef de naam van de nieuwe materiaalsoort op in venster 'Toevoegen'
- Klik op knop [ OK ]
- Dubbelklik voor het toekennen van een arceerpatroon op een veld in de tabel in venster 'Instellingen Arceerpatronen'
- Selecteer in dialoogvenster 'Arceerpatronen' een arcering.
- Klik op knop [ OK ]
- Herhaal stap 7 t/m 9 voor alle gewenste schalen
- Maak meer wijzigingen
of
klik op knop [ Sluiten ]Melding: Wijzigingen toepassen? J/N
Alle gemaakte wijzigingen worden bij [ Ja ] opgeslagen. - Klik op knop [ Ja ] voor opslaan
of
Klik op knop [ Nee ] voor niet opslaan
Verwijderen materiaalsoort
- Klik op knop [ Opties ]
- Klik op knop [ Algemene instellingen ] in venster 'Opties'
- Klik op knop [ Materiaal instellingen ] in venster 'Algemene instellingen'
- Selecteer de te verwijderen materiaalsoort
- Klik op knop [ Verwijderen ]om de geselecteerde materiaalsoort definitief te verwijderen
Melding: Materiaalsoort xxx verwijderen?
Voor de standaardmaterialen is dit niet mogelijk. - Klik op knop [ Ja ] voor opslaan
of
Klik op knop [ Nee ] voor niet opslaan - Maak meer wijzigingen
of
klik op knop [ Sluiten ]om alle wijzigingen op te slaanMelding: Wijzigingen toepassen? J/N
Alle gemaakte wijzigingen worden bij [ Ja ] opgeslagen. - Klik op knop [ Ja ] voor opslaan
of
Klik op knop [ Nee ] voor niet opslaan
Wijzigen arcering bij een materiaalsoort
- Klik op knop [ Opties ]
- Klik op knop [ Algemene instellingen ] in venster 'Opties'
- Klik op knop [ Materiaal instellingen ] in venster 'Algemene instellingen'
- Dubbelklik voor het toekennen van een arceerpatroon op een veld in de tabel in venster 'Instellingen Arceerpatroon'
- Selecteer in dialoogvenster 'Arceerpatronen' een arcering.
- Klik op knop [ OK ]
- Maak meer wijzigingen
of
klik op knop [ Sluiten ]om alle wijzigingen op te slaanMelding: Wijzigingen toepassen? J/N
Alle gemaakte wijzigingen worden bij [ Ja ] opgeslagen. - Klik op knop [ Ja ] voor opslaan
of
Klik op knop [ Nee ] voor niet opslaan
Toelichting op het kiezen van een arceerpatroon
Na dubbelklikken op een veld in het venster 'Instellingen Arceerpatronen' wordt het dialoogvenster 'Arceerpatronen' getoond. Hier kan een arceerpatroon worden geselecteerd.
Het bestand waar zich de arceerpatronen voor NOR-Bouwtechniek LT bevinden is BLT.PAT. Er kunnen echter ook arceerpatronen uit andere .PAT-bestanden worden geselecteerd via knop [ Bestand ].
De AutoCAD LT arceringen staan bijvoorbeeld in ACLTISO.PAT in de directory van AutoCAD LT.
Als een bestand is gekozen kan een arceerpatroon worden geselecteerd uit de lijst onder de bestandsnaam.
Het gekozen arceerpatroon wordt afgebeeld onder 'Voorbeeld'.
Met Zoom + of – kan dit voorbeeld worden vergroot of verkleind.
Het gekozen arceerpatroon wordt geselecteerd door op [ OK ] te klikken.
Met de knop [ uit Tekening ] kan een bestaande arcering uit de tekening worden geselecteerd. Deze wordt toegevoegd aan de lijst met arceerpatronen.
Arceringen waarvan de naam begint met “NORB_” en "CAS_" zijn standaardarceringen volgens het CAD afsprakenstelsel vs. 3.0. Deze worden in de wand geplaatst met een richting en schaalfactor die is vastgelegd volgens dit CAD afsprakenstelsel.
Voor de overige arceringen kan de schaal en richting door de gebruiker worden bepaald. Voor deze arceringen wordt door de applicatie bij plaatsing een minimum schaalfactor bepaald. De schaal voor deze arceringen kan veranderd worden in het vak Schaal (alleen groter dan de minimum arceerschaal), venster 'Arceerpatronen'.
De richting van deze arceringen kan wel of niet afhankelijk worden gemaakt van de richting van de wand met de optie 'Hoek' (Richting wand / Vaste hoek) in het venster 'Arceerpatronen'.
Algemene instellingen
De volgende instellingen zijn te doen
- Kaderinstellingen: instellen marges en vouwlijnen
- Snap en Grid-instellingen (kan ook met de standaard AutoCAD commando's)
- Wijze van tekenen van deuren en ramen in wanden
- Aanpassen arceringen bij wijziging plotschaal via [ Opties ], [ Tekeninginstelling ]
- Instellingen materialen en arceringen
- Laaginstellingen volgens CAS2/CAS3
- Kiezen van de oriëntatie van de Knoppenbalk en het vastleggen van de positie
- Wijzigen/aanvullen van de standaard waarden binnen dialoogvensters d.m.v. de Registry instellingen.
Algemene instellingen voor tekening en tekenen
- Kader instellingen
- Marges:
Geef de marges op zoals die op papier moeten gelden; het programma houdt rekening met de plotschaal zoals die bij het starten van de tekening is opgegeven. - Vouwlijnen: volgens NEN379 of volgens A4-verdeling
- Marges:
- Snap en grid instellingen
- Snap
Gebruiken en instellen van een Snap-raster. Het Aan- of Uit-zetten van Snap kan binnen AutoCAD LT met <F9> of door dubbelklikken op SNAP in de statusbalk - Grid
Gebruiken en instellen van een Grid-raster. Het Aan- of Uit-zetten van Grid kan binnen AutoCAD LT met <F7> of door dubbelklikken op GRID in de statusbalk
- Snap
- Deur/Raam instellingen
- Uitsnijden
Bij gevelwanden worden ter plaatse van deuren en ramen altijd wandlijnen onderbroken; met deze optie is dat ook voor binnenwanden in te stellen. - Wanddikte overgang enkellijnig/dubbellijnig
Beneden de aangegeven wanddikte worden deuren en ramen met een enkele lijn aangegeven; daarboven met een dubbele lijn. Daardoor worden deuren en ramen bij dunne wanden netjes geplot.
- Uitsnijden
- Materiaalinstellingen: zie 'Instellingen Arceringen'
- Bij tussentijds aanpassen van de plotschaal wijzigen de arceringen volgens deze instelling mee
Deze instellingen vervangen de functies voor "Bouwfase", zoals die t/m versie 4 werd gebruikt.
- Bij tussentijds aanpassen van de plotschaal wijzigen de arceringen volgens deze instelling mee
- Positie knoppenbalk
- [ Vastleggen ]
Hiermee wordt de huidige positie van de knoppenbalk van NOR-Bouwtechniek LT vastgelegd. - [ Orientatie ]
Voor het wisselen tussen een verticale of horizontale knoppenbalk
- [ Vastleggen ]
- Laaginstellingen
- In te stellen volgens CAS 2.0
of
volgens CAS 3.0 - Via menu [ Lagen ] zijn de lagen om te zetten van CAS 2.0 naar CAS 3.0
- In te stellen volgens CAS 2.0
- Registry instellingen
- opent venster voor aanpassing van standaardwaarden van dialoogvensters
De gewijzigde deur- en raaminstellingen gelden alleen voor nieuw te plaatsen ramen en deuren.
De gewijzigde kaderinstellingen gelden voor nieuwe tekeningen.
Standaardwaarden dialoogvenster: Registry-instellingen
In de dialoogvensters van de applicatie worden lijsten met standaardwaarden gebruikt waaruit gekozen kan worden. Deze standaard waarden zijn aan te passen.
Tevens worden standaardinstellingen vastgelegd voor de te gebruiken maatvoeringsstijl.
Verkeerde wijzigingen in deze instellingen kunnen onvoorspelbare gevolgen hebben voor het functioneren van de applicatie.
Wijzig dus alleen die instellingen waarvan u zeker weet dat de wijziging goed is.
Wijzigen standaard instellingen
- Klik op knop [ Alg. Inst. ]. in knoppenbalk NOR-Bouwtechniek LT
- Klik op knop [ Registry Instellingen ] in venster 'Algemene Instellingen'
- Selecteer in venster Instellingen wijzigen het te wijzigen onderwerp:
Dubbelklikken op Folder-icon en item geeft mogelijkheid tot aanpassen van standaard waarden - Klik op knop [ OK ]
- Klik op knop [ Sluiten ] in venster 'Instellingen wijzigen
- Klik op knop [ Annuleer ] in venster '' Algemene instellingen'
Instelling Dimension Style maatvoering
- Maak een eigen Dimension Style aan via menu Format, keuze Dimension Style... en sla die onder een eigen naam op
- Klik op knop [ Alg. Inst. ]. in knoppenbalk NOR-Bouwtechniek LT
- Klik op knop [ Registry Instellingen ] in venster 'Algemene Instellingen'
- Dubbelklik op 'Algemeen' in venster 'Instellingen wijzigen'
- Dubbelklik vervolgens 'DimStyle'
- Dubbelklik op de waarde achter het lichtblauwe blokje
- Type de naam van de eerder aangemaakte Dimension Style
- Klik op knop [ OK ]
- Klik op knop [ Sluiten ] in venster 'Instellingen wijzigen'
- Klik op knop [ Annuleer ]in venster 'Algemene instellingen'
De nu ingestelde Dimension Style zal standaard worden gebruikt bij nieuwe maatvoeringen.
Bij Cadac maken we onderscheid tussen Sales, Service & Support. Sales & Service vinden wij vanzelfsprekend. Wij helpen u met de aanschaf van uw product, dienst, training of expert en zorgen ervoor dat u probleemloos aan de slag kunt. Gratis en voor niets. U kunt zorgeloos met uw software starten, wij zorgen ervoor dat u het meeste uit uw software kunt halen.
Loopt u tegen technische softwareproblemen aan? Dan kunt u gebruik maken van Cadac Support. Door de juiste informatie in te dienen kunnen wij u zo snel mogelijk helpen